De STO-regio Twente ontwikkelde eigenhandig een Monitoring en Evaluatieplan (M&E plan). Praktisch inzetbaar voor het monitoren en evalueren van STO-activiteiten binnen de 5 subregio’s. Onderwijskundige Thaisa Rougoor is hiervoor verantwoordelijk. In dit artikel neemt Thaisa graag de highlights van de Twentse aanpak door: “Onze aanpak staat uiteraard ook ter beschikking van andere STO-regio’s.”
Sterk Techniekonderwijs vraagt alle subregio’s in Nederland in eerste instantie de voortgang te rapporteren en de financiële rapportage in te leveren. In de voortgangsrapportage wordt in hoofdlijnen gevraagd naar de kwaliteit van het onderwijs, de behaalde mijlpalen, opbrengsten, nieuwe inzichten, leerpunten en knelpunten. De eerstkomende meting is de midterm meting in november. Thaisa Rougoor: “Echter, al bij de planvorming besloot de STO-regio Twente uit eigen beweging om meer te willen rapporteren. De kernvragen? Wat is het concrete rendement van elke specifieke activiteit en wat zijn daarvoor de succesfactoren?”
Inmiddels merkt STO Twente wel dat veel activiteiten in elkaar overlopen of vergelijkbare doelen kennen. Thaisa: “Getriggerd hierdoor zijn we gaan zoeken naar kwaliteitsthema’s die onder de STO-doelstellingen vallen. Want in feite zijn alle activiteiten een soort interventies waarmee we de doelstellingen willen halen. Om dit te kunnen meten, hebben we een aantal thema’s bedacht: beeldvorming, loopbaanoriëntatie, professionalisering, technologische vernieuwingen en netwerkvorming. Thema’s die nagenoeg in alle activiteiten uit ons plan terugkomen. We weten inmiddels dat het meten van die thema’s veel meer zegt dan alleen het meten van de activiteit zelf.”
Het M&E-plan van STO Twente bestaat uit twee delen: de monitoring van de voortgang en de evaluatie van de effectmeting. Thaisa: “De voortgang houden we bij op basis van het stoplichtenmodel. Dit geeft aan welke mijlpalen we behaalden, wat nog in de pen zit én waar we trots op zijn. Ook dat laatste is belangrijk om te horen. Voor de evaluatie hanteren we verschillende instrumenten om data te verzamelen zoals digitale vragenlijsten, interviews en collegiale visitaties.”
STO Twente telt 5 subregio’s. Dat maakt het monitoren en evalueren wel wat complexer dan de gemiddelde STO-regio in Nederland. Soms geeft een subregio een eigen kleur aan een activiteit of pakt deze apart op. Thaisa: “We maken ook een subregionale evaluatie; een soort zelfscan waarmee docenten en werkgroepleden aan de hand van effectieve kenmerken checken of hun activiteiten hieraan voldoen. Dit proberen we ook regionaal met elkaar te vergelijken. Door deze kennisuitwisseling kunnen grotere dingen worden opgepakt. Dat is echt een voordeel.”
Het evalueren is geen eindstation, maar een tussenstation, benadrukt Thaisa: “Het levert namelijk ook informatie op over hoe nu verder te gaan. Zijn er bijvoorbeeld aanpassingen nodig? Of kun je voortborduren op een al succesvolle activiteit? Kortom, de evaluatie kijkt ook vooruit met ontwikkelvragen voorzien van aanbevelingen.”
Andere STO-regio’s lijken zich inmiddels te laten inspireren door deze Twentse aanpak. Thaisa heeft enkele adviezen voor hen: “Neem onze aanpak niet één-op-één over, maar kijk vooral in je eigen regio naar welke thema’s je het belangrijkst vindt rondom je eigen projectplan. Daarom is het belangrijk dat docenten, projectleiders en schoolleiders ook zelf kunnen aangeven wat zij willen gaan meten en welke vragen zij hierover aan hun leerlingen willen stellen. Daarmee wordt de evaluatie ook heel erg iets van de school: het geeft aan hoe je eigen activiteiten lopen en wat je daaraan kan verbeteren.” Een ander advies van Thaisa is om de evaluatie niet als iets aparts te zien: “Maak het een integraal, standaard en continu onderdeel van je complete STO-uitvoering en dus ook van elke activiteit.”
Ter ondersteuning van geïnteresseerde andere regio’s nam STO Twente een video op die de methode van rapporteren helder presenteert. Thaisa: “We leggen onder andere onze aanpak uit, welke instrumenten we hanteren en ook hoe wij onze methode samen met onze partners hebben opgesteld.” Benieuwd?